Manipulatie en post-isometrische relaxatie mobilisatie heft blokkades (0-C2) effectiever op dan placebo
Segmentale spinale manipulatie of mobilisatie verbetert de joint-play, de gewrichtsmobiliteit en verzacht het eindgevoel. Klinisch is het effect van manipulatie vooral bij lage rugpijn en cervicogêne hoofdpijn onderzocht. Manuele therapie zou wat beter werken dan interventies door de huisarts of een placebo en ook iets beter dan fysiotherapie op 12 maanden. Bèta-endorfine stijgt significant vijf minuten na manipulatie. Manipulatie heeft meer effect op de pijn dan mobilisatie.
Al met al is het onderzoek spaarzaam en wordt er zelden een vergelijking tussen manipulatie, mobilisatie en placebo gemaakt.
De ‘reversibele hypomobiele articulaire dysfunctie’ is het substraat van manuele therapie. Een aantal auteurs hebben een bredere definitie en zien een dysfunctie binnen het gehele segment (myotoom, sclerotoom etc). Karakteristiek is de verminderde wervelmobiliteit en het harde eindgevoel. Manuele palpatie zou betrouwbaar zijn en klinisch bruikbaar, bijvoorbeeld ten aanzien van spierspanning (hardheid) en pijnpunten.
De pathofysiologie van het dysfunctioneren van een bewegingssegment is nog onduidelijk. Kapsulogene meniscoïde inklemming wordt als theorie het meest genoemd en zou opgeheven worden door de ‘thrust techniek’. Bovendien kunnen de kapselreceptoren een reflexmatige invloed hebben op de neuromusculaire beweeglijkheid van het bewegingssegment. Spierspanning zou in deze context slechts een deel van de mobiliteitsbeperking verklaren. Bijvoorbeeld omdat onder neuromusculaire anesthetische blokkade de beperkte mobiliteit nog steeds palpeerbaar is. Als door manipulatie of spiertechnieken de gepalpeerde blokkade opgeheven wordt, moet dit ook onder anesthesie palpeerbaar zijn.
Methode
Daartoe is 15 maanden lang in een ziekenhuis bij preoperatieve patiënten (nekchirurgie uitgesloten) onderzocht of ze een palpabele blokkade hadden op C0-C1 of C1-C2. De patiënten uit deze groep die instemden met het onderzoek (26 van de 60) werden de dag voor de operatie gerandomiseerd aan placebo, spinale manipulatie of post-isometrische relaxatie. De patiënten zijn daarna vier keer onderzocht: direct pre-therapeutisch en post-therapeutisch, tijdens de narcose en 24 uur na de narcose.
Een blokkade werd bevestigd als twee onderzoekers hierin overeenstemden (de interbeoordelaarsbetrouwbaarheid bleek 90%). Passief onderzoek van de segmenten werd gedaan in anteroflexie en retroflexie (0-C1), en lateroflexie (0 t/m C2).
Manipulatie bestond uit een trusttechniek hoog cervicaal. De mobilisatie via post-isometrische relaxatie verliep met 10 isometrische contracties ter hoogte van het geblokkeerde segment gevolgd door 20 seconden rust. Daarna is de antero/retroflexie (0-C1) of de lateroflexie (0-C1 en C1-C2) vergroot en zijn in de nieuwe positie de isometrische contracties herhaald. De placebo behandeling bestond uit het in de hals leggen van de handen zonder tractie.
Resultaat
De uitkomstmaat is het al dan niet bestaan van een blokkade vastgesteld door twee onafhankelijke onderzoekers. De volgende blokkades zijn gevonden op de vier meetmomenten (zie tabel).
Direct na de manipulatie of mobilisatie nam het aantal blokkades (nagenoeg) geheel af (statistisch significant). Bij de placebogroep niet. Een of twee dagen later blijven onder narcose en na narcose in de manipulatiegroep de blokkades nagenoeg afwezig. Na mobilisatie keert van de blokkades ongeveer 1/3 of meer weer terug. Dit laatste betekent dat post-isometrische relaxatie niet volledig in staat is alle blokkades op te heffen. De blokkades die terugkomen zijn ook onder narcose te vinden en dus niet toe te schrijven aan verhoogde spierspanning, maar eerder aan heropbouw van artro-kapsulogene mechanismen.
Werkvoorstel
Gezien het aanvankelijk goede effect met post-isometrische relaxatie mobilisatie heeft dit de voorkeur boven de wat meer gevaarlijke trust-techniek. Bij een recidief van de blokkade kan manipulatie overwogen worden, volgens de auteurs.
Tijdsverloop
|
||||
Pretherapeutisch |
Posttherapeutisch |
Onder narcose |
24 uur na narcose |
|
Manipulatie |
21 |
1 |
2 |
1 |
Mobilisatie |
15 |
0 |
5 |
7 |
Placebo |
13 |
13 |
10 |
13 |
Buchmann J, Wende K, Kundt G, Haessler F. Manual treatment effects to the upper cervical apophysial joints before, during, and after endotracheal anesthesia: a placebo-controlled comparison. Am. J Phys Med Rehabil 2005;84(4):251-257
Artikel delen:
Zin in een leuke en boeiende cursus?
Kijk dan hier voor inspiratie!
" 3000+ tevreden fysiotherapeuten gingen je voor. "
Nieuwsbrief
Elke twee weken 3 samenvattingen voor fysiotherapeuten. Gratis, al 17 jaar. 6000+ fysiotherapeuten gingen je voor.
Database met 1500+ artikelen
Voorjaar 2023
3 dagen. Start 16 mei 2025. Prijs € 495,-…
3 dagen. Start 31 januari 2025. Prijs € 495,-…
9 dagen. Start 7 januari 2025. Prijs € 1695,-…
5 dagen. Start 11 januari 2025. Prijs € 995,-…
8 dagen. Start 6 februari 2025. Prijs € 1395,-…
3 dagen. Start 12 maart 2025. Prijs € 595,-…
8 dagen. Start 13 maart 2025. Prijs € 1395,-…
3 dagen. Start 22 maart 2025. Prijs € 595,-…
5 dagen. Data volgen najaar 2025. Prijs € 995,-…