Klachten in beginstadium heup artrose voorspellen verloop ziekte
Mensen met heupartrose worden vaak pas in wetenschappelijke onderzoeken geïncludeerd als ze in vergevorderd stadium van de ziekte zijn. Hierdoor is er weinig bekend over de veranderingen in het looppatroon aan het begin van de ziekte. In een eerdere studie is aangetoond dat mensen met de grootste radiologisch zichtbare veranderingen de meeste aanpassingen hadden van het looppatroon, ongeacht pijn en symptomen. Daarop gebaseerd is de hypothese van de auteurs van deze studie dat veranderingen in het looppatroon in een vroeg stadium van de ziekte een indicator kunnen zijn voor het verdere verloop. Het doel van dit onderzoek was om het verschil in mobiliteit van de heup en knie te onderzoeken bij mensen die uiteindelijk een Totale Heupprothese (THP) kregen en mensen die niet geopereerd werden. Daarnaast werd het verloop van het looppatroon gedurende 6 à 7 jaar vastgelegd.
Methode
Deelnemers werden gerecruteerd vanuit een ander langlopend RCT. De belangrijkste inclusiecriteria was dat er zowel radiologisch als symptomatisch (gemeten met respectievelijk Danielsson’s criteria [Danielsson 1964] en de Harris Hip Score [Harris 1969]) sprake was van osteoartrose. Daarnaast moesten de heupklachten al meer dan 3 maanden bestaan en waren de deelnemers tussen de 40 en 80 jaar oud. Bij baseline kwamen alle deelnemers nog niet in aanmerking voor een THP.
Een uitgebreide ganganalyse werd gedaan bij baseline en na 6 à 7 jaar. Ook werd op deze twee momenten de versmalling van de gewrichtsspleet radiologisch gemeten door dezelfde chirurg. Pijn, stijfheid en functie werden gemeten met subschalen van de Western Ontario and McMaster Universities Osteoarthritis Index (WOMAC). Passieve ROM werd gemeten met een goniometer. Tot slot werd fysiek functioneren gemeten met de zes minuten looptest.
Stress, angst, somberheid, burn-out?
Contact
0621867046
Het is oplosbaar!
Resultaten
Van de 53 geïncludeerde patiënten waren van 5 mensen niet de volledige data beschikbaar. Na de onderzoeksperiode van 7 jaar waren er drie mensen overleden en 2 mensen trokken zich terug, waardoor er nog 43 mensen overbleven voor de analyse. In totaal waren er na 7 jaar 12 mensen die geen THP operatie hadden ondergaan.
De mensen die wel een operatie hadden ondergaan hadden bij baseline een kortere voorgeschiedenis van klachten (mediaan 24 maanden) ten opzichte van de mensen die niet werden geopereerd (mediaan 30 maanden). Ook hadden ze een significant kleinere gewrichtsspleet bij baseline (gem 1.59 mm) ten opzichte van de niet-geopereerden (2.87 mm). De score op de WOMAC was ook ongunstiger voor de geopereerden, maar dit verschil was niet significant. De uitslagen op de passieve ROM waren wel significant slechter bij de mensen die later een THP kregen voor endorotatie, flexie en adductie. Ook loopsnelheid en heup- en kniebeweging tijdens het lopen waren significant anders bij de groep die THP kreeg dan bij de andere groep.
Bij de analyse binnen de groep niet-geopereerden valt op dat er tussen de eerste en de laatste meting geen significant verschil in gewrichtsspleet is, geen significante achteruitgang op de functie en stijfheid subschalen van de WOMAC en geen verschil in de zes minuten looptest. Pijnklachten gemeten op de WOMAC waren na 7 jaar iets verbeterd. Heupflexie en adductie waren wel significant afgenomen en ook was een significante verandering in knieflexie bij het initiële contact bij de ganganalyse. De overige parameters van de ganganalyse waren niet significant veranderd in die 7 jaar.
Opmerkingen samenvatter
De hypothese van dit onderzoek was dat metingen in het beginstadium van artrose wellicht voorspellend konden zijn voor het verloop van de ziekte. Dit lijkt het geval te zijn, aangezien de mensen die later een THP operatie ondergingen significant slechtere resultaten liet zien bij de baselinemeting dan de mensen die later geen operatie hoefde te ondergaan. Het meest opvallende verschil was minder heup- en knie-extensie tijdens de laatste helft van de standfase, samen met een verminderd heupextensie moment. Bij mensen met meer biomechanische afwijkingen waren ook in dit onderzoek ook meer radiologische afwijkingen zien. De auteurs van dit onderzoek halen recente studies aan [Castañeda 2014, Conaghan 2013, Mellon 2013] die beschrijven dat er verschillende fenotypes van osteoartrose zijn. Een mogelijkheid is dat de mensen die na 7 jaar geen operatie hadden ondergaan en niet of nauwelijks achteruit gegaan waren, een fenotype van artrose hebben wat niet of maar heel langzaam progressief is.
Bron Eitzen, I., Fernandes, L., Kallerud, H., Nordsletten, L., Knarr, B., Risberg, M.A. (2015). Gait Characteristics, Symptoms, and Function in Persons With Hip Osteoarthritis: A Longitudinal Study With 6 to 7 Years of Follow-up. J Orthop Sports Phys Ther. 2015 Jul;45(7):539-49.
Artikel delen:
Zin in een leuke en boeiende cursus?
Kijk dan hier voor inspiratie!
" 3000+ tevreden fysiotherapeuten gingen je voor. "
Nieuwsbrief
Elke twee weken 2 samenvattingen voor fysiotherapeuten. Gratis, al 18 jaar. 6000+ fysiotherapeuten gingen je voor.
Volg ons op facebook:
Database met 1500+ artikelen
Voorjaar 2023
3 dagen. Start 13 september 2024. Prijs € 595,-…
8 dagen. Start 20 september 2024. Prijs € 1395,-…
5 dagen. Start 16 oktober 2024. Prijs € 995,-…
3 dagen. Start 14 november 2024. Prijs € 495,-…
3 dagen. Start 15 november 2024. Prijs € 495,-…
3 dagen. Start 20 november 2024. Prijs € 595,-…
9 dagen. Start 7 januari 2025. Prijs € 1695,-…
5 dagen. Start 11 januari 2025. Prijs € 995,-…
8 dagen. Start 6 februari 2025. Prijs € 1395,-…