De rol van bewegingsketens bij elevatie-oefeningen van de schouder

Dame doet een schouderoefening in een keten.

De scapula vormt een essentieel onderdeel in het overdragen van energie en beweging van de romp naar de arm. Disfunctioneren van de scapula kan daarom een risicofactor zijn voor het ontwikkelen van schouderklachten, zoals impingement, rotator cuff aandoeningen, labrumletsel en instabiliteit. De revalidatie van schouderklachten bij bovenhandse atleten zou daarom moeten bestaan uit training van de scapulaire stabiliteit, waarbij er selectieve activatie van de musculatuur zou moeten zijn. Op deze manier kan er een balans worden gevonden tussen hyper- en hypoactieve musculatuur, zodat de humerus op een adequate manier wordt aangestuurd door de scapula. Eerdere onderzoeken hebben al aangetoond dat het van belang is de gehele kinetische bewegingsketen te betrekken in de revalidatie bij schouderklachten, specifiek rondom de scapula. Dit onderzoek heeft als doel om het effect te onderzoeken van exorotatie oefeningen met bilaterale activatie van de scapulaire musculatuur. Daarnaast wil met onderzoeken of er verschillen zijn tussen de intramusculaire balans van het bovenste deel van de trapezius (UT) ten opzichte van het middelste deel van de trapezius (MT), UT ten opzichte van onderste deel (LT) en UT ten opzichte van de serratus anterior (SA).

Methode

Er zijn 31 deelnemers onderzocht, 15 mannen en 16 vrouwen (gemiddeld 22.5 jaar oud en BMI van 21.6 kg/m2). Geen enkele deelnemer had pijnklachten in de onder- of bovenarm en de wervelkolom in de 6 maanden voorafgaande aan het onderzoek, ze waren in goede gezondheid en er was geen voorgeschiedenis met fracturen of operaties.

Er is elektromyografisch (EMG) onderzoek gedaan, waarbij de sensoren op de spierbuik werden geplaatst, afhankelijk van de oriëntatie van de spiervezels. De maximale vrijwillige isometrische contracties (MVICs) van de SA, UT, MT en LT zijn gemeten in willekeurige volgorde. Vervolgens zijn er enkele combinaties van bewegingen onderzocht, waarbij er een bilaterale elevatie met exorotatie uitgevoerd werd. Ook dit werd gemeten met EMG.

Resultaten en conclusie

De belangrijkste bevinding was dat activatie van de scapulaire musculatuur verschillend was tijdens de diverse beweegvormen. Bijvoorbeeld, het veranderen van de positie van de arm van een open hand naar een dichte hand (endorotatie), had tot gevolg dat de MT en LT minder actief waren, waarbij de ratio tussen de UT:MT en UT:LT niet veranderden. Ook het betrekken van activiteit van de onderste extremiteit had effect, maar alleen op de UT, waarbij deze een grotere activiteit vertoonde. Bij het toevoegen van een dynamische eenbenige squat was er een verminderde activiteit van de LT. De grootste activiteit van de SA werd bereikt als de oefening in een statische eenbenige squat positie werd gemaakt.

Uit de analyse van de diverse oefeningen kon men diverse informatie halen. De MT en LT activiteit neemt toe bij een beweging met open hand (exorotatie) i.p.v. gesloten hand (endorotatie), omdat daarbij meer scapulaire retractie wordt gevraagd; bij een open hand is de posteriore superficiale myofasciale keten geactiveerd met meer activiteit van de extensoren van de onderarm, activatie van de deltoideus en de MT en LT. Bij een gesloten hand leidt dit tot een grotere activatie van de anteriore myofasciale keten met meer activiteit van de flexoren van de onderarm, pectoralis major en latissimus dorsi. Activiteit van het diepste deel van de SA wordt niet beïnvloed door de handpositie, omdat deze geen myofasciale verbinding vormt.

Het toevoegen van beweging van de onderste extremiteit leidt alleen tot meer activiteit van de UT. Als er gekeken wordt naar de activiteit van de LT is er geen verschil bij een retractieoefening tussen een bipedale, statische of dynamische bipedale squat. Activiteit van de SA werd het meest beïnvloed door variaties in bewegingen van de onderste extremiteit. De SA activiteit was het hoogst bij het maken van elevatie van de arm in een statische unipedale squat positie. Dit kan verklaard worden doordat de SA myofasciale connecties heeft met de anteriore-flexie keten. Bij een unipedale squat is de contralaterale heup geflecteerd, wat de anteriore heupmusculatuur en contralaterale obliquus internus kan activeren, wat weer leidt tot ipsilaterale activiteit van de obliquus externus en daarmee meer activiteit van de SA.

Een beperking van deze studie is dat er geen driedimensionale analyses van de bewegingsketen zijn gemaakt. Ook was het lastig om de resultaten te vergelijken met andere onderzoeken, omdat deze oefeningen nog niet eerder onderzocht zijn.

Conclusie

Bij de behandeling van schouderklachten dient rekening gehouden te worden met de invloed van de bewegingsketen op de activiteit van de scapulaire musculatuur. Er is een verschil in mate van activiteit bij elevatie van de arm met een open of gesloten hand; beweging met een open hand heeft tot gevolg dat er meer scapulaire activiteit is. Het toevoegen van bewegingen van de onderste extremiteit leidt alleen tot verhoogde activiteit van de UT. Het betrekken van de kinetische keten in de revalidatie bij schouderklachten van bovenhandse atleten kan van meerwaarde zijn.

Bron: Borms, D., Maenhout, A., & Cools, A. (2020). Incorporation of the Kinetic Chain Into Shoulder-Elevation Exercises: Does It Affect Scapular Muscle Activity? Journal of Athletic Training. https://doi.org/10.4085/1062-6050-136-19

Foto bij artikel door Romariolen/ Shutterstock

Bron

Amber Hulleman

Amber Hulleman

Fysiotherapeut/ sportfysiotherapeut. Docent Fysiotherapie bij Hogeschool Rotterdam. Referent/samenvatter met specialisatie musculoskeletaal / sportfysiotherapie.

Zin in een leuke en boeiende cursus?

Kijk dan hier voor inspiratie!

" 3000+ tevreden fysiotherapeuten gingen je voor. "

Nieuwsbrief

Elke twee weken 2 samenvattingen voor fysiotherapeuten. Gratis, al 18 jaar. 6000+ fysiotherapeuten gingen je voor.

Volg ons op facebook:

Database met 1500+ artikelen

2024-2025

Motiverende gespreksvoering en oplossingsgericht coachen

3 dagen. Start 16 mei 2025. Prijs € 495,-…

Acceptance and Commitment Therapy bij pijn

3 dagen. Start 31 januari 2025. Prijs € 495,-…

Vrouw doet pilates oefeningen en voorkomt daardoor rugpijn.

Fysiopilates opleiding

9 dagen. Start 7 januari 2025. Prijs € 1695,-…

Vrouw stretcht mindfull tegen rugpijn.

Belevingsgericht lichaamswerk binnen de fysiotherapie

5 dagen. Start 11 januari 2025. Prijs € 995,-…

De Mindful Fysiotherapeut

8 dagen. Start 6 februari 2025. Prijs € 1395,-…

Werken met beleving en emotie binnen de fysiotherapie

3 dagen. Start 12 maart 2025. Prijs € 595,-…

Dansante Fysiotherapie op basis van Laban/Bartenieff

8 dagen. Start 13 maart 2025. Prijs € 1395,-…

Pijn- en Stressmanagement technieken

3 dagen. Start 22 maart 2025. Prijs € 595,-…

Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut

5 dagen. Data volgen najaar 2025. Prijs € 995,-…

kngf-logo-klein
keurmerk-fysiotherapie-logo-klein
crkbo_instelling_rgb