Scheiding van ouders voorspelt ontstaan van nociplastische chronische pijn

Twee kinderen zitten stil aan een tafel terwijl op de achtergrond hun ouders in een verhitte discussie verwikkeld zijn. Het beeld illustreert de emotionele impact van ouderlijke conflicten, een thema dat in het artikel over de link tussen scheiding en het ontstaan van chronische pijn wordt besproken.
Wanneer ouders botsen, voelen kinderen mee – soms met gevolgen die diep in het lichaam doorwerken.

Een scheiding van ouders blijkt niet zo onschuldig als vaak gedacht. Prospectief onderzoek laat zien dat deze ervaring het risico op nociplastische chronische pijn vergroot. Zelfs ogenschijnlijk minder zware jeugdervaringen kunnen dus een rol spelen in latere pijnontwikkeling.

Veel onderzoek, waaronder psychologisch onderzoek, houdt zich bezig met het zoeken naar de oorzaken of onderhoudende factoren van chronische pijn. En dan met name ook chronische pijn die niet goed medisch te verklaren is, dat wil zeggen de nociplastische pijn.

Er worden associaties gevonden tussen chronische pijn en lagere scholing, lagere sociaaleconomische status, vrouwelijk geslacht, en stemmingsstoornissen. Nociplastische pijn zou ontstaan op basis van centrale sensitisatie wat pijnversterking en hypersensitiviteit geeft. Een belangrijke factor die in dit artikel belicht wordt is de impact van ingrijpende jeugdervaringen op de ontwikkeling van chronische pijn.

Ingrijpende jeugdervaringen, Adverse Childhood Events (ACEs), zoals seksueel misbruik of scheiding van ouders, blijken een levenslang effect te hebben op de mentale gezondheid, gezondheidsgedrag, relationeel functioneren en de fysieke gezondheid. Inclusief chronische pijn. Negatieve jeugdervaringen beïnvloeden bijvoorbeeld de stressreactiviteit van de m. trapezius. Ingrijpende jeugdervaringen veranderen de cerebrale plasticiteit in de vroege jeugd waardoor centrale sensitisatie bevorderd wordt.

Er is veel cross-sectioneel onderzoek dat een relatie legt tussen ingrijpende jeugdervaringen en de aanwezigheid van chronische pijn. Maar er is nog relatief weinig prospectief onderzoek. En dat is nodig om bijvoorbeeld geheugenvertekening uit te sluiten. Het prospectieve onderzoek dat wel gedaan is, richtte zich echter vaak op fysiek en seksueel misbruik, en niet op de andere types van ingrijpende jeugdervaringen. De auteurs van het artikel dat we hier bespreken willen zich breder oriënteren op de diverse ingrijpende jeugdervaringen in relatie tot het later ontstaan van chronische pijn. Meer specifiek van nociplastische pijn.

Methode

De onderzoekers liften mee met een eerder gedaan grootschalig onderzoek in Zwitserland. Daarbij werd een groep van bijna 6000 random verworven participanten op drie momenten onderzocht. Met een interval tussen de meetmomenten van ongeveer vijf jaar. Het onderzoek richt zich op een breed scala van variabelen, waaronder chronische pijn: aantal pijnpunten, en de intensiteit ervan en of er sprake is van nociplastische pijn. Daarnaast onderzocht men op mentale stoornissen zoals posttraumatische stressstoornis of een algemene angststoornis. Centraal in dit onderzoek stonden de verschillende ingrijpende jeugdervaringen. De volgende stressvolle levenservaringen werden als ‘ACE’ getypeerd: seksueel of fysiek misbruik, getuige zijn van geweld tussen de ouders, scheiding tussen ouders of gescheiden worden van ouders, en verlies van een nabije relatie (ouder, broer of zus).

TIP:  Spiritualiteit vergroot veerkracht bij chronische pijn

Resultaten

Ingrijpende jeugdervaringen komen veel voor. Het voorkomen van op zijn minst één ingrijpende jeugdervaringen was als volgt:

  • 38% bij multisite chronische pijn
  • 29% bij niet multisite chronische pijn
  • 25% bij geen chronische pijn.

Belangrijkste bevinding was dat degenen met een hoger aantal ingrijpende jeugdgebeurtenissen een verhoogd risico hadden op het ontwikkelen van chronische pijn op een later moment (5 jaar later). En van de categorieën ingrijpende jeugdgebeurtenissen bleek scheiding van ouders of afscheiding van ouders, significant geassocieerd met het ontwikkelen van chronische pijn. Deze bevindingen waren ook specifiek aanwezig binnen de groep met nociplastische pijn.

Opmerking samenvatter

Wat nieuw is aan dit onderzoek is dat echtscheiding binnen een gezin een relevante plaats krijgt in het ontwikkelen van chronische pijn. Voorheen gingen de gedachten van fysiotherapeuten mogelijk uit naar vooral zware traumatische gebeurtenissen waaronder fysiek- en seksueel misbruik. Dit onderzoek toont dat ook ogenschijnlijk lichtere ingrijpende gebeurtenissen, zoals scheiding van de ouders, een voorspeller is voor het ontwikkelen van chronische pijn. Dit zal deels te verklaren zijn door de relatie tussen onveilige hechting en psychosomatiek.

De onderzoekers van het artikel vinden het belangrijk om te melden dat scheiding van ouders vaak afgedaan wordt als een relatief normale en vaak voorkomende levensgebeurtenis, alsof het er een beetje bij hoort. Dit onderzoek laat duidelijk zien dat de impact groot kan zijn, bezien in het licht van de ontwikkeling van chronische pijn.

Het kan belangrijk zijn om patiënten met chronische pijn te informeren, dat er een relatie kan bestaan met ingrijpende levensgebeurtenissen, onder andere scheiding van ouders. Natuurlijk open en in explorerende zin, gebracht. Het is wel belangrijk te beseffen dat dit onderzoek aantoont dat ingrijpende levensgebeurtenissen in de tijd gekoppeld zijn aan het ontwikkelen van chronische pijn, en niet dat iedere patiënt met chronische pijn dezelfde associatie heeft met ingrijpende jeugdervaringen.

TIP:  Voor de fysiotherapeut - een mindfulnesstaak van 30 seconden bij chronische pijn

Meer interessante artikelen

Blijf op de hoogte

Peter van Burken

Peter van Burken

Psycholoog / ex-fysiotherapeut. Auteur van Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut en het boek Mindfulness en Fysiotherapie. Initiator en docent Psychfysio opleidingen.