PNF technieken zijn effectief bij mobilisaties, maar er is geen verschil tussen de hold-relax-contract techniek en de contract-relax-contract technieken

De hold-relax-contract (HRC) van de PNF methode wordt gebruikt als mobiliserende oefening. Sommige onderzoekers toonden aan dat de HRC techniek effectiever was dan statisch of ballistisch rekken of andere PNF technieken. Andere onderzoekers daarentegen vonden dat de effectiviteit daaraan gelijkwaardig was maar niet beter.

De contract-relax-contract (CRC) techniek van PNF is nog relatief weinig onderzocht. Een vergelijkend onderzoek tussen HRC en CRC is nooit gedaan. De auteurs onderzochten daarom de effectiviteit van de HCR en CRC op mobilisatie van de exorotatie van de schouder bij recreatieve atleten met bovenhandse activiteiten.

Methode

Het betrof gezonde atleten die in de afgelopen 6 maanden geen rekoefeningen van de schouder endorotatoren gedaan hadden. De dertig deelnemers werden random verdeeld over een HRC interventie, CRC interventie of controle groep zonder rekkingen.
Na een korte warming-up werd de grootte van de exorotatie van de schouder vastgesteld met een goniometer.

De uitvoering van de PNF technieken:

• CRC: (a) de onderzoeker brengt de schouder naar de eindstand van de exorotatie (mild gevoelige rek) en houdt hem daar 10 seconden. (b) Dan geeft de proefpersoon een zo groot mogelijke kracht naar endorotatie gedurende 6 seconden. De onderzoeker geeft daarbij weerstand maar laat wel een langzame beweging toe over het gehele endorotatie traject. (c) Daarna geeft de proefpersoon een maximale exorotatie contractie terwijl de onderzoeker de exorotatie ook op passieve wijze verder doorvoert. Deze passieve rek en gelijktijdige contractie van de exorotatoren wordt 10 seconden vastgehouden. De techniek werd twee keer herhaald.
• HRC: deze techniek is in essentie het zelfde als de CRC techniek met als enige verschil dat op punt ‘b’ de contractie statisch is (‘hold’

Gedurende 6 weken werden twee maal per week de HRC of de CRC technieken uitgevoerd bij de proefpersonen.

Resultaat

De mobiliteit van de exorotatie neemt statistisch significant toe in de beide PNF groepen, maar niet in de controle groep die geen streching deed.
De grootte van de mobiliteitstoename is:

• CRC = 14,60 graden
• HCR = 13,50 graden
• Controle = 0,30 graden.

Beide PNF technieken zijn effectief in het mobiliseren van de exorotatie van de schouder, maar onderling is er geen verschil in effectiviteit.
Kanttekening bij dit onderzoek is dat de stretching en de metingen door dezelfde onderzoeker werden gedaan en het onderzoek wat betreft opzet daardoor niet ‘blind’ was.

Onderzoekssuggestie

De auteurs speculeren dat een toename in mobiliteit een toename in krachtsontwikkeling kan geven bij de atleet omdat de kracht ontwikkeling nu over een langer bewegingstraject opgebouwd kan worden. Deze stelling moet echter nog nader onderzocht worden.