Cervicale flexie-rotatie test beste test voor diagnosticeren cervicogene hoofdpijn

De overlap in symptomen van cervicogene hoofdpijn (CGH) met andere vormen van hoofdpijn maakt het diagnosticeren moeilijk. In ongeveer de helft van de gevallen wordt hierdoor een verkeerde diagnose gesteld. Eerdere onderzoeken adviseren daarom een uitgebreide set diagnostische test, samen met een uitgebreid onderzoek van de cervicale wervelkolom. Dit review heeft als doel om de betrouwbaarheid en diagnostische nauwkeurigheid van verschillende tests voor CGH vast te stellen.

Methode

Artikelen die de psychometrische eigenschappen van tenminste één diagnostische test onderzochten werden geïncludeerd. De betrouwbaarheid van de testen werd gecontroleerd door middel van de The Quality Appraisal for Reliability Studies (QAREL) checklist (Lucas, 2010). De Quality Assessment of Diagnostic Accuracy Studies (QUADAS-2) scale (Whiting, 2011) werd gebruikt om de diagnostische nauwkeurigheid te analyseren.

Resultaten

Negen studies voldeden aan de eisen voor inclusie. De hoogste mate van betrouwbaarheid werd gevonden voor de passieve vertebrale bewegingstest (PAIVM) voor C1-C2 en de cervicale flexie-rotatie test (CFRT). De meest onderzochte tests op diagnostische nauwkeurigheid waren de CFRT, differentiatie tests van de PAIVMs, cluster cervicale range of motion, manuele onderzoek van C0-C3 en de cranio-cervicale flexie test. Al deze testen hadden een goede diagnostische nauwkeurigheid, maar het sterkst was dit voor de CFRT. Twee studies met een laag risico op bias vonden hoge betrouwbaarheid (kappa 0.68 en 0.74) voor het manuele onderzoek van PAIVMs, en identificeerden segment C1-C2 als meest voorkomend symptomatisch segment (in 63% van de gevallen). Dit komt overeen met eerder verschenen literatuur. Verder liet CFRT een goede betrouwbaarheid zien bij zowel ervaren als onervaren onderzoekers. Sensitiviteit van deze test is 90% en specificiteit is 88%.

Opmerkingen

De CFRT komt duidelijk als een van de beste tests uit dit review, met een hoge betrouwbaarheid, diagnostische nauwkeurigheid en een goede uitvoerbaarheid onafhankelijk van de ervaring van de onderzoeker. De CFRT is klinisch geschikt om de beweging van C1-C2 te evalueren en een bijdrage te leveren in de differentiaal diagnose. Een stapsgewijze aanpak zou tot een betrouwbare diagnose moeten lijden. Deze aanpak bestaat allereerst uit het vaststellen van hypotheses opgesteld op basis van subjectieve gegevens door middel van IHS criteria (International HeadacheSociety, 2013). Vervolgens kan de PAIVMs test C0-C3 meer inzicht geven en wanneer de diagnose gespecificeerd moet worden kan de CFRT dan uitsluitsel bieden.