Respiratoire ratio geeft fysiotherapeut zicht op respiratoir subtype van paniekstoornis

Er zijn verschillende aanwijzingen dat er een respiratoir subtype van paniekstoornis bestaat. Dat is interessant want dit zou ‘verwant’ kunnen zijn aan klachten die vroeger hyperventilatie aanvallen werden genoemd. Een hypothese is dat deze patiënten een te scherp afgesteld ‘verstikkings-alarmsysteem’ hebben. Daardoor kan bij hen in een laboratorium gemakkelijk een paniek aanval uitgelokt worden terwijl dat minder makkelijk gaat bij paniek patiënten die niet van het respiratoire subtype zijn. Één of twee inhalaties 35% CO2 zijn dan al voldoende voor een paniek aanval. Volgens Briggs e.a. (1993) is er sprake van het respiratoire subtype als vier van de vijf onderstaande symptomen aanwezig zijn bij een paniek aanval:
- angst dood te gaan,
- borst pijn/ongemak,
- dyspneu,
- paresthesieën,
- sensaties van stikken.
Het nadeel van deze classificatie is dat patiënten met bijvoorbeeld vooral gastrointestinale symptomen maar met lichte respiratoire symptomen dan toch aan deze definitie voldoen. Terwijl iemand die heel sterk het gevoel heeft te stikken, maar geen paresthesieën heeft, niet als respiratoir subtype wordt geklasseerd. De auteurs van dit onderzoek willen daarom wel de intensiteit van de symptomen meenemen, en ontwikkelden daarvoor de respiratory ratio. Deze werd gedefinieerd als de verhouding tussen respiratoire en niet respiratoire symptomen tijdens een paniekaanval. Ze verwachten dat deze ratio correleert met hoge sensitiviteit voor CO2 geprovoceerde paniek aanvallen.
Methode
De data uit eerder onderzoek werden in dit onderzoek gebuikt. In dat eerdere onderzoek deden 91 paniek patiënten met agorafobie mee. Leeftijd tussen de 15 en de 55 jaar.
Metingen
- Angst: Subjective Units of Disturbance Scale (SUDS, Bech, ea.sa. 1986).
- Panieksymptomen: Diagnostic Symptom Questionnaire (DSQ) (Sanderson, ea., 1989). Hierin worden 13 symptomen van een paniekaanval gemeten, zoals beschreven in de DSM IV. De aanwezigheid en de mate van ongemak worden opgetekend.
- Respiratory ratio: deze werd bepaald op basis van de score op de DSQ tijdens paniekaanvallen in het dagelijks leven. De patiënt moest dan op de DSQ de symptomen scoren. De respiratory ratio werd voor elke patiënt bepaald door zijn/haar score op de vijf respiratoire symptomen op de DSQ bij elkaar op te tellen en dit te delen door de totaalscore op de DSQ.
Procedure
Naast het bijhouden van de DSQ in het dagelijks leven werd ook in het laboratorium zowel voor- als na de CO2 inhalatie provocatie de SUDS en de DSQ lijsten afgenomen.
Resultaten
68,1 % van de patiënten krijgt een paniekaanval in het laboratorium na de CO2 provocatietest (responders), 31,9% kregen geen aanval (non-responders). De gemiddelde respiratory ratio was 0.458. Dus het aandeel respiratoire symptomen binnen de aanval presentatie was 45,8%.
De respiratory ratio correleerde (0.236) zowel met de mate van angst toename tijdens de CO2 provocatie en correleerde (0.334) ook met het krijgen van een paniekaanval tijdens deze provocatie in het laboratorium . Om te bepalen hoe goed de respiratory ratio de door CO2 inhalatie geprovoceerde paniek kon voorspellen werd de ROC curve berekend. De area under the curve (AUC) was 0.707, en de cutoff was 0.437. Bij deze cutoff vond men de volgende waarden:
- Sensitiviteit: 67,7%
- Specificiteit 65,5%
- Positieve voorspellende waarde 80,8%.
- Negatieve voorspelende waarde 48,7%.
Zie ook: Respiratoir subtype onder paniekpatiënten in grote populatiestudies aangetoond
Opmerking samenvatter
De aanwezigheid van een respiratoir subtype kan interessant zijn voor fysiotherapeuten. Zij krijgen immers met regelmaat patiënten in behandeling die paniekaanvallen hebben, met de vraag om ontspanning of ademtraining. Mogelijk dat ademtraining niet bij elke paniekpatiënt geëigend is, maar vooral bij patiënten waar er respiratoire disregulaties aanwezig zijn. Een manier om dit enigszins te onderbouwen is het uitvragen van de vijf symptomen van Brigss. Een andere aanwijzing wordt hier aangeboden: patiënten met een respiratory ratio van hoger dan 0.437 zijn mogelijk ook als het respiratoire subtype te typeren. Het is weliswaar nog geen harde diagnostiek maar biedt wel enige richting voor de fysiotherapeut.
Bron Freire, R. C., Nascimento, I., Valenca, A. M., Lopes, F. L., Mezzasalma, M. A., de Melo Neto, V. L., . . . Nardi, A. E. (2013). The panic disorder respiratory ratio: a dimensional approach to the respiratory subtype. Rev Bras Psiquiatr, 35(1), 57-62.
Artikel delen:
Zin in een leuke en boeiende cursus?
Kijk dan hier voor inspiratie!
" 3000+ tevreden fysiotherapeuten gingen je voor. "
Nieuwsbrief
Elke twee weken 2 samenvattingen voor fysiotherapeuten. Gratis, al 18 jaar. 6000+ fysiotherapeuten gingen je voor.
Volg ons op facebook:
Database met 1500+ artikelen
2025
8 dagen. Start 13 maart 2025. Prijs € 1395,-…
3 dagen. Start 22 maart 2025. Prijs € 595,-…
3 dagen. Start 16 mei 2025. Prijs € 495,-…
3 dagen. Start 28 mei 2025. Prijs € 595,-…
3 dagen. Start 30 mei 2025. Prijs € 495,-…
8 dagen. Start 1 september 2025. Prijs € 1395,-…
9 dagen. Start 9 september 2025. Prijs € 1695,-…
5 dagen. Data volgen najaar 2025. Prijs € 995,-…
5 dagen. Start 27 september 2025. Prijs € 995,-…


