Cursussen 2024-2025

De Sport Motivation Scale-6 (SMS-6): een verbeterde versie van de SMS

De SMS-6 is gebaseerd op de self-determination theory van Deci en Ryan (1985). De oorspronkelijke vragenlijst van Pelletier uit 1995 kende echter een aantal validiteitproblemen. De auteurs ondernamen daarom een nieuw onderzoek onder meer dan 500 atleten om de oorspronkelijke SMS te verbeteren. Dit leverde de hieronder beschreven vragenlijst op: SMS-6.
Sport Motivation Scale-6 (SMS-6)

(vrij vertaald: P. van Burken 7/10/07)

Gebruik de onderstaande schaal om aan te geven in welke mate elk van de volgende uitspraken overeenkomen met uw reden waarom u op dit moment aan sport doet.

Komt geheel niet overeen	Komt een beetje overeen		Komt matig tot redelijk overeen	Komt veel overeen		Komt precies overeen
1	2	3	4	5	6	7

Waarom doet u aan sport?
1. Voor de opwinding die ik ervaar als ik op ga in de sportactiviteit.	1 2 3 4 5 6 7
2. Omdat het onderdeel uitmaakt van de wijze waarop ik mijn leven wil leiden.	1 2 3 4 5 6 7
3. Omdat het een goede manier is om veel dingen te leren die op andere levensgebieden van nut kunnen zijn.	1 2 3 4 5 6 7
4. Omdat het zorgt dat ik gewaardeerd wordt door de mensen die ik ken.	1 2 3 4 5 6 7
5. Ik weet het niet meer: ik heb het gevoel dat in niet geschikt ben om voor deze sport.	1 2 3 4 5 6 7
6. Omdat het me veel persoonlijke voldoening geeft als ik bepaalde moeilijke trainingstechnieken leer beheersen.	1 2 3 4 5 6 7
7. Omdat het absoluut noodzakelijk is om te sporten als je in vorm wilt blijven	1 2 3 4 5 6 7
8. Omdat het een van de beste manieren is om andere aspecten in mijn leven te ontwikkelen.	1 2 3 4 5 6 7
9. Omdat het bij me hoort.	1 2 3 4 5 6 7
10. Omdat ik moet sporten om me goed over mijzelf te voelen.	1 2 3 4 5 6 7
11. Voor het aanzien een atleet te zijn.	1 2 3 4 5 6 7
12. Ik weet niet of ik door wil gaan met dezelfde tijd en inspanning op te brengen voor mijn sport.	1 2 3 4 5 6 7
13. Omdat deelnemen aan mijn sport overeen komt met mijn diepste principes.	1 2 3 4 5 6 7
14. Voor de voldoening die ik ervaar als ik mijn vaardigheden perfectioneer.	1 2 3 4 5 6 7
15. Omdat het een van de beste manieren is goede contacten met mijn vrienden te onderhouden.	1 2 3 4 5 6 7
16. Omdat ik me slecht zou voelen als ik geen tijd zou nemen te sporten	1 2 3 4 5 6 7
17. Het is mij niet meer duidelijk; ik denk niet dat ik echt thuis hoor binnen de sport.	1 2 3 4 5 6 7
18. Voor het plezier van het ontdekken van nieuwe strategieën om te presteren.	1 2 3 4 5 6 7
19. Voor de materiële en/of sociale voordelen die je hebt als je een sporter ben.	1 2 3 4 5 6 7
20. Omdat hard trainen mijn prestaties zal verbeteren.	1 2 3 4 5 6 7
21. Omdat het deelnemen aan sport een integraal onderdeel is van mijn leven.	1 2 3 4 5 6 7
22. Ik geniet niet meer zo van mijn sport als ik voorheen deed.	1 2 3 4 5 6 7
23. Omdat ik regelmatig moet sporten.	1 2 3 4 5 6 7
24. Om anderen te laten zien hoe goed ik in mijn sport ben.	1 2 3 4 5 6 7

Sleutel

Amotivation : 5, 12, 17, 22
External regulation : 4, 11, 19, 24
Introjected regulation : 7, 10, 16, 23
Identified regulation : 3, 8, 15, 20
Integrated regulation : 2, 9, 13, 21
Intrinsic motivation : 1, 6, 14, 18

Toelichting op de zes motivationele toestanden

Bron: Burken, P. v. (2004). Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut: deel II. Houten, Bohn Stafleu Van Loghum. (p. 91-92)

Amotivatie: geen motivatie
Bij externe sturing toont de patiënt het gezondheidsgedrag omdat hij zich daartoe gedwongen voelt. De fysiotherapeut heeft gezegd dat de oefening nodig was en dat hij zou stoppen als de patiënt geen verbetering in belastbaarheid laat zien.
Bij introjectieve sturing doet de patiënt het omdat hij zich van binnen uit daartoe gedwongen voelt. Uit schaamte, angst om een flater te slaan, zijn neiging tot opscheppen, niet onder willen doen voor een ander dwingen hem er toe de opdracht uit te voeren.
Bij identificatie voert de patiënt het gezondheidsgedrag uit omdat hij echt overtuigd is van het persoonlijk belang. De patiënt vindt een betere conditie verkrijgen belangrijk voor zichzelf.
Integratieve sturing ligt als ware nog dieper binnen de persoon. Conditie en fitheid zijn waarden die helemaal bij de persoon zijn gaan horen. Ze maken deel uit van zijn identiteit. Het zijn centrale aspecten in zijn persoonlijk streven.
Bij intrinsieke motivatie is de patiënt de activiteit op zich gaan waarderen en niet alleen de uitkomsten. Dat is het kenmerkende verschil met de voorgaande externe motivaties. De patiënt identificeert zich niet alleen met de sportieve activiteiten maar geniet daar ook van.

Mallett, C., Kawabata, M., Newcombe, P., Otero-Forero, A., Jackson, S. (2007). “Sport motivation scale-6 (SMS-6): a revised six-factor sport motivation scale.” Psychology of sport and exercise 8: 600-614.

https://doi.org/10.1016/j.psychsport.2006.12.005

Artikel delen:

Peter van Burken

Psycholoog / ex-fysiotherapeut. Auteur van Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut en het boek Mindfulness en Fysiotherapie. Initiator en docent Psychfysio opleidingen.