Haalbaar eerstelijns multidisciplinair programma voor chronische lage rugpijn
Mensen met chronische lage rugpijn hebben naast pijnklachten ook stijfheid van de gewrichten, houdings aanpassingen, spierzwakte en verminderde neuromusculaire controle. Hierdoor hebben ze vaak een lagere loopsnelheid en een kortere en asymmetrische paslengte. Volgens het biopsychosociaal model is lage rugpijn niet alleen mechanisch, maar heeft het ook te maken met attitudes, overtuigingen en gedrag. Inadequate copingstijlen, ontwijkend gedrag, stemmingswisselingen en bewegingsangst zijn belangrijke determinanten van chronische klachten die een normaal functioneren belemmeren. Eerdere reviews hebben al aangetoond dat langdurige multidisciplinaire behandeling effectief is bij de aanpak van lage rugpijn. Dit onderzoek richt zich op een kortdurende behandeling van twee maanden, met de vraag wat het effect daarvan is op beperkingen, bewegingsangst, catastropheren, pijn, kwaliteit van leven en het verstoorde looppatroon.
Methode
Twintig mensen met chronische lage rugpijn (langer dan 3 maanden) werden geïncludeerd in dit gerandomiseerde gecontroleerde onderzoek. Mensen met o.a. neurologische klachten, cardiovasculaire comorbiditeiten, en mensen die al eerder aan cognitieve gedragstherapie hadden deelgenomen werden geëxcludeerd. Ook mochten ze geen andere therapie ontvangen tijdens de looptijd van deze studie. De experimentele groep volgde een multidisciplinair programma bestaand uit motorische training begeleid door een fysiotherapeut en een ergotherapeut, gecombineerd met individuele cognitieve gedragstherapie door een psycholoog. De fysieke behandeling bestond naast de gebruikelijke zorg ook uit stabiliserende oefeningen van de rug. De controlegroep kreeg de gebruikelijke fysiotherapeutische zorg.
De fysieke training vond 2x per week plaats gedurende 8 weken, met een behandelduur van 60 minuten. De gedragstherapie was 8 weken lang, 1x per week gedurende 60 minuten.
Uitkomstmaten waren:
- Beperkingen: Oswestry Disability Index (ODI; Monticone 2009): dit is een zelfgerapporteerde vragenlijst bestaande uit 10 vragen; 5 over de pijnintensiteit, 5 over beperkingen in het ADL.
- Bewegingsangst: Tampa Scale of Kinesiophobia (TSK; Monticone 2010): een zelfgerapporteerde vragenlijst bestaand uit 13 items.
- Catastroferen: Pain Catastrophizing Scale (PCS; Monticone 2012): dit is ook een zelfgerapporteerde vragenlijst bestaand uit 13 items.
- Pijn: Gemeten op een numerieke schaal van 1-10. (Huskinson 1974)
- Kwaliteit van leven: Short Form Health Survey (SF-36; Apolone 1998): een vragenlijst opgebouwd uit 8 subschalen die door de deelnemer zelf wordt ingevuld.
- Functioneel uithoudingsvermogen: Zes minuten wandeltest (6MWT).
- Ganganalyse: werd uitgevoerd met GAITRite walkway system die snelheid, cadans, paslengte, stap tijd, en steunname per been berekende.
- Globaal waargenomen effect: gemeten met een 5-punts Likert schaal.
Deze uitkomstmaten werden gemeten bij baseline, na de 8 weken behandeling en 3 maanden nadat de therapie beeindigd was.
Resultaten
In beide groepen waren 10 deelnemers. Bij baseline waren er geen verschillen tussen de groepen. Na de training waren de beperkingen met 61% verbeterd in de experimentele groep, tegenover 25% in de controlegroep. Voor catastroferen waren deze verbeteringen respectievelijk 56% en 13%. Bewegingsangst was in de experimentele groep significant afgenomen, terwijl die afname in de controlegroep niet te zien was. Pijn nam in beide groepen af. Op kwaliteit van leven waren er geen significante verschillen. Gemiddelde snelheid tijdens de 6MWT nam in de experimentele groep significant toe ten opzichte van de controlegroep. In beide groepen waren verbeteringen te zien in het looppatroon.
Opmerkingen samenvatter
Dit onderzoek laat zien dat de experimentele groep betere resultaten behaalde op het gebied van beperkingen, bewegingsangst en catastroferen. Beperkingen waren in de experimentele groep sterker afgenomen, maar dit kwam vooral door de aanvullende fysiotherapeutische oefeningen zoals stabiliteit en coördinatie van de diepe spinale spieren. De afname van de niveaus van catastroferen en bewegingsangst hebben waarschijnlijk het effect van de fysieke oefeningen vergroot. Cognitieve gedragstherapie blijkt dus een toegevoegde waarde te hebben bij mensen met chronische lage rugpijn, ook als de psychologische interventie slechts 8 weken duurt. Om dit toe te kunnen passen in een eerstelijns praktijk zal gezien de frequentie en de duur goed gekeken moeten worden naar de invulling van de therapie, maar waarschijnlijk past dit oefenprogramma beter in een specifieke pijngroep.
Bron Monticone, M., Ambrosini, E., Rocca, B., Magni, S., Brivio, F., Ferrante,S. (2014). A multidisciplinary rehabilitation programme improves disability, kinesiophobia and walking ability in subjects with chronic low back pain: results of a randomised controlled pilot study. Eur Spine J. Jul 27.
Artikel delen:
Zin in een leuke en boeiende cursus?
Kijk dan hier voor inspiratie!
" 3000+ tevreden fysiotherapeuten gingen je voor. "
Nieuwsbrief
Elke twee weken 2 samenvattingen voor fysiotherapeuten. Gratis, al 18 jaar. 6000+ fysiotherapeuten gingen je voor.
Volg ons op facebook:
Database met 1500+ artikelen
2024-2025
3 dagen. Start 16 mei 2025. Prijs € 495,-…
3 dagen. Start 31 januari 2025. Prijs € 495,-…
9 dagen. Start 7 januari 2025. Prijs € 1695,-…
5 dagen. Start 11 januari 2025. Prijs € 995,-…
8 dagen. Start 6 februari 2025. Prijs € 1395,-…
3 dagen. Start 12 maart 2025. Prijs € 595,-…
8 dagen. Start 13 maart 2025. Prijs € 1395,-…
3 dagen. Start 22 maart 2025. Prijs € 595,-…
5 dagen. Data volgen najaar 2025. Prijs € 995,-…