Fysiotherapie en ergotherapie verhogen kwaliteit van zorg in verpleeghuizen
Verpleeghuizen die meer uren fysiotherapie en ergotherapie in huis hebben, leveren betere zorg. Dat concluderen Amerikaanse onderzoekers. Zij onderzochten meer dan twaalfduizend verpleeghuizen en vonden een verband tussen de kwaliteit van zorg en het aantal uren fysiotherapie en ergotherapie per bewoner.
Zo’n twintig jaar geleden is in de Verenigde Staten een nieuw vergoedingssysteem ingevoerd. Voor die tijd werden fysiotherapie- en ergotherapiebehandelingen achteraf gedeclareerd bij zorgverzekeringen. De uitgaven aan gezondheidszorg rezen de pan uit. Het gevaar van overbehandeling lag op de loer omdat er geen financiële beperkingen waren aan de therapie.
Om de uitgaven onder controle te houden, krijgen de zorginstellingen sinds 1998 de vergoeding voor fysiotherapie of ergotherapie vooraf. De hoogte hangt af van de zorgbehoefte van de bewoner op basis van een zogeheten Resource Utilization Group (RUG) Score. Deze geeft aan hoeveel verpleging, fysiotherapie, ergotherapie en logopedie een bewoner nodig heeft. Enigszins vergelijkbaar met het systeem dat we in Nederland kennen met de verschillende zorgprofielen binnen de Wet langdurige zorg (Wlz). Aan elk zorgprofiel hangt een vast bedrag dat het verpleeghuis van het zorgkantoor ontvangt om de zorg aan de bewoner te kunnen leveren.
De veranderingen in het Amerikaanse vergoedingssysteem hebben ertoe geleid dat zorgaanbieders minder therapeuten in dienst namen en dat het aantal minuten therapie per bewoner in de loop van de jaren gedaald is. Het is de vraag of dit ook gevolgen heeft voor de kwaliteit van zorg in verpleeghuizen.
Stress, angst, somberheid, burn-out?
Contact
0621867046
Het is oplosbaar!
Methode
De auteurs analyseerden rapportages van inspectiebezoeken en gegevens uit verschillende databases, waaronder die van Medicare en Medicaid. Dit zijn sociale verzekeringsprogramma’s van de overheid in de Verenigde Staten. Ze keken in ruim twaalfduizend verpleeghuizen naar de relatie tussen de personele bezetting en een aantal kwaliteitsindicatoren. Zoals het percentage bewoners dat sinds de laatste kwaliteitsmeting meer hulp nodig heeft bij de activiteiten van het dagelijks leven (ADL), het percentage bewoners met ernstige valletsels (botbreuk, luxatie, hoofdletsel, onderhuids hematoom, veranderd bewustzijn), het percentage bewoners met matig tot ernstige pijn, drukplekken, een vrijheidsbeperkende maatregel, angst of depressie, incontinentie voor urine of ontlasting, een verblijfskatheter, een urineweginfectie, te veel gewichtsverlies. In het Amerikaanse systeem kunnen verpleeghuizen op basis van deze items een waardering van één tot vijf sterren krijgen. Huizen met vier of vijf sterren kregen van de onderzoekers het label hoge kwaliteit, instellingen met drie of minder sterren, kregen het label lage kwaliteit.
Voor elk verpleeghuis rekenden de onderzoekers het aantal full-time equivalent (FTE) fysiotherapie en ergotherapie om naar uren fysiotherapie en ergotherapie per bewoner per dag. Dat deden ze ook voor het aantal uren verpleging. Om dit in de analyses mee te nemen als verstorende variabele.
Resultaten
Er waren grote verschillen in bezetting fysiotherapie en ergotherapie tussen de verschillende verpleeghuizen. Zo hadden kleine huizen (minder dan 81 bedden) en grote huizen (meer dan 120 bedden) statistisch significant meer uren fysiotherapie per bewoner per dag dan middelgrote huizen. Dat gold ook voor huizen die onderdeel waren van een keten, of die verbonden waren aan een ziekenhuis, huizen met een lagere bedbezetting en voor huizen met een hogere gemiddelde RUG- score (zorgzwaarte).
In de verpleeghuizen die meer uren fysiotherapie en ergotherapie per bewoner hadden, hadden bewoners minder hulp nodig bij de ADL, waren er minder ernstige valongelukken en was de kwaliteit van zorg ook op de andere gebieden beter. Dat waren de huizen met vier of vijf sterren. De kans om een kwaliteitsscore van vier of vijf sterren te krijgen, verdubbelde bij elk uur fysiotherapie per bewoner meer. Voor elk uur ergotherapie extra werd die kans zelfs drie keer zo groot.
Dit resultaat bleef overeind na correctie voor het aantal uren aan verpleging per bewoner per dag. Bij de verpleging was de bezetting minder van invloed op de kwaliteit van zorg. Daar was er alleen een duidelijk verband met de hoeveelheid hulp bij de ADL. Dat gold niet voor de valletsels en het aantal kwaliteitssterren.
Discussie
Verpleeghuizen die een grotere formatie fysiotherapie en ergotherapie hebben, doen het beter dan verpleeghuizen met een lagere bezetting.
Hieruit blijkt maar weer hoe belangrijk een multidisciplinair team is in een verpleeghuis. Verpleeghuizen met meer fysiotherapie en ergotherapie scoorden op alle kwaliteitsdomeinen beter, dat gold niet voor de handen aan het bed. Het lijkt er dus op dat fysiotherapeuten en ergotherapeuten iets extra’s doen in bepaalde kwaliteitsdomeinen waar de verpleging minder invloed op heeft.
De therapeuten die in de langdurige zorg werken weten dat wel. Maar het is soms lastig voor ze om hard maken waarom ze zo nodig zijn en om meetbaar te maken wat ze doen. Daarnaast speelt mee dat wetenschappelijk bewijs voor het effect van fysiotherapie in de langdurige zorg matig is. Dat komt omdat in wetenschappelijk onderzoek vermindering van pijn en herstel van het dagelijks functioneren vaak het uitgangspunt zijn. Uitkomstmaten zijn niet altijd even relevant voor fysiotherapie in de langdurige zorg. In de dagelijkse praktijk zijn therapeuten betrokken bij unieke, complexe en ingrijpende zorgvragen.
Jeroen Verrier, ruim dertig jaar fysiotherapeut bij de zorgorganisatie Laurens in Rotterdam, heeft het vak in de loop van jaren zien veranderen. ‘Ik geef veel minder directe fysiotherapie dan vroeger. Alleen nog bij mensen die het kortstondig nodig hebben, na een val of na een fractuur. Dan ben ik er actief mee bezig ze weer op de been te krijgen. Maar ik ga daar niet meer zo lang mee door als vroeger. Ik ben van mening dat je goed moet kijken wat de bewoner nou echt nodig heeft om zo comfortabel mogelijk te functioneren. Ik werk heel nauw samen met de ergotherapeut. We overleggen veel met elkaar met betrekking tot bewoners en samen kijken we wat we in de directe omgeving van de bewoner zodanig kunnen veranderen dat die bewoner optimaal kan functioneren. Dan kom je de familie tegen, de zorg, de omgeving. We kijken ook hoe we de zorg zodanig kunnen informeren dat ze vroegtijdig zorgproblemen of achteruitgang kunnen signaleren. Vroeger kreeg je veel te laat te horen als er problemen waren’.
De grote verschillen in formatie fysiotherapie in verpleeghuizen herkent Verrier wel. Dat speelt hier ook weet hij. Al jaren is hij medeorganisator van viermaandelijkse bijeenkomsten voor een netwerk van fysiotherapeuten uit de verpleeghuizen in de Regio Rijnmond. Hij is heel benieuwd of die verschillen in kwaliteit hier ook spelen. ‘Het zou interessant en goed voor de toekomst van het vak zijn, dit uit te zoeken’.
Conclusies en implicaties
De auteurs zijn van mening dat zorgaanbieders zich moeten realiseren wat de waarde van elke discipline binnen het multidisciplinaire team is. Dat fysiotherapeuten en ergotherapeuten in de revalidatie nuttig zijn, is voor iedereen duidelijk, maar uit deze studie blijkt nu ook de meerwaarde in de langdurige zorg. Deze kennis kan beleidsmakers helpen om weloverwogen beslissingen te nemen als het gaat om personeelsformatie.
Werk mee aan onderzoek naar fysiotherapie in de langdurige ouderenzorg
Onderzoekers van het Kenniscentrum Zorginnovatie van de Hogeschool Rotterdam zijn samen met fysiotherapeuten uit verschillende verpleeghuizen in de regio Zuid-Holland Zuid een onderzoek gestart naar de waarde van fysiotherapie in de langdurige ouderenzorg. Fysiotherapeuten die geïnteresseerd zijn in dit onderzoek en daar meer over willen weten of die eventueel daaraan zouden willen meewerken, kunnen een mailtje sturen naar [email protected] .
Bron Livingstone, I., Hefele, J., Nadash, P., Barch, D., Leland, N. (2019). The Relationship Between Quality of Care, Physical Therapy, and Occupational Therapy Staffing Levels in Nursing Homes in 4 Years’ Follow-up. J Am Med Dir Assoc. Apr;20(4):462-469.
Artikel delen:
Zin in een leuke en boeiende cursus?
Kijk dan hier voor inspiratie!
" 3000+ tevreden fysiotherapeuten gingen je voor. "
Nieuwsbrief
Elke twee weken 2 samenvattingen voor fysiotherapeuten. Gratis, al 18 jaar. 6000+ fysiotherapeuten gingen je voor.
Volg ons op facebook:
Database met 1500+ artikelen
2024-2025
5 dagen. Start 16 oktober 2024. Prijs € 995,-…
3 dagen. Start 14 november 2024. Prijs € 495,-…
3 dagen. Start 31 januari 2025. Prijs € 495,-…
9 dagen. Start 7 januari 2025. Prijs € 1695,-…
5 dagen. Start 11 januari 2025. Prijs € 995,-…
8 dagen. Start 6 februari 2025. Prijs € 1395,-…
3 dagen. Start 12 maart 2025. Prijs € 595,-…
8 dagen. Start 13 maart 2025. Prijs € 1395,-…
3 dagen. Start 22 maart 2025. Prijs € 595,-…